Bewegen blijft belangrijk, ook in het verpleeghuis

Bewegingstherapeut Vered vertelt...

Bewegen is voor iedereen belangrijk maar zeker ook voor onze cliënten en bewoners. Elke dag een half uurtje bewegen geeft energie en is goed voor de doorbloeding. Mensen worden minder stijf en dat vermindert bijvoorbeeld de kans op vallen. En bewegen is ook goed voor het brein. Door voldoende beweging verbetert het denkvermogen en verloopt het doen van alledaagse activiteiten vaak net iets beter.

Stimuleren

Hiervoor heb ik deels in de revalidatiesector gewerkt. Dat is een hele andere manier van werken dan wat ik nu doe. De cliënten daar zijn vaak een stuk jonger en die zie je door beweging echt vooruit gaan. Momenteel werk ik in twee verschillende verpleeghuizen van Laurens. De laatste jaren zie je dat mensen pas in een heel laat stadium in een verpleeghuis komen wonen. Vaak hebben zij dan al een vergevorderde dementie of lijden aan een andere, zware chronische ziekte. Dat maakt het soms lastig om hen te stimuleren meer te gaan bewegen. Je kunt mensen niet altijd goed meer bereiken.  

Vered Veen

De mensen in een verpleeghuis kan je niet altijd meer goed bereiken, wat het lastig maakt hen te stimuleren meer te bewegen.

 

Drie vormen van bewegen

Binnen ons vak onderscheiden we drie vormen van bewegen: functioneel, recreatief en therapeutisch bewegen. Functioneel bewegen gaat over het kunnen uitvoeren van alledaagse handelingen waardoor de bewoner in beweging blijft. Denk bijvoorbeeld aan schoonmaken, de gordijnen opendoen, brood smeren, opscheppen van eten of de was opvouwen. Het gaat voornamelijk om het stimuleren en uitdagen van de bewoner om zoveel mogelijk eigen regie te behouden en zelfstandig de handelingen uit te kunnen blijven voeren. 

Recreatief bewegen gaat om plezierbeleving zoals sjoelen of deelnemen aan een groepsactiviteit. Iemand kan ook voor bewegingstherapie worden aangemeld als het bijvoorbeeld gaat om het in stand houden van een positief welbevinden. Activiteitenbegeleiding speelt vaak een belangrijke rol bij recreatief bewegen.

Therapeutisch bewegen tenslotte gaat om het inzetten van activiteiten om onderliggende problemen aan het licht te brengen en vervolgens te verhelpen. Die problemen clusteren we aan de hand van LECS (lichamelijk, emotioneel, cognitief en sociaal). Denk bijvoorbeeld aan iemand met rouw- en verliesklachten, depressiviteit, eenzaamheid, agressie, benauwdheidsklachten, sociaal isolement, onrust en onbegrepen probleemgedrag. 

Beweegbeleid

Het is belangrijk dat mensen ook in het verpleeghuis voldoende blijven bewegen. Daarom hebben we twee jaar geleden het ‘Beweegbeleid’ geïntroduceerd. Hiermee hebben we bewegen meer op de kaart gezet. Een belangrijk onderdeel hiervan is bewustwording en coaching van zorgmedewerkers en huiskamerbegeleiders. 

We leren onze collega's hoe je mensen op een eenvoudige manier meer kunt laten bewegen.


Bijvoorbeeld door een stoel expres niet aan te schuiven als iemand gaat zitten, zodat hij of zij dat zelf moet doen. Of het kopje koffie expres iets verder op de tafel zetten, zodat iemand even naar voren moet reiken of bijvoorbeeld zelf moet roeren. Laatst kwam er een zorgmedewerkster naar mij toe die aan mij vroeg om met een bewoner armoefeningen te doen zodat hij zelf zijn trui kon blijven aantrekken. Een mooi voorbeeld van hoe we met elkaar moeten samenwerken. Door dit met de bewoner te oefenen, help ik haar in haar werk om de bewoner zoveel mogelijk zelf te laten doen.

Beweegboxen

Ook hebben we zogenaamde beweegboxen geïntroduceerd. Dat zijn plastic boxen met daarin ballonnen, zachte ballen, foambuizen enz. waarmee je allerlei spelletjes en oefeningen kunt doen. Zo blijven de bewoners toch in beweging en vaak hebben ze er ook veel plezier in.

Gerelateerde tags

Deel op social media

×

Zoeken