Mantelzorger Antoon vertelt zijn verhaal...

Als ik naar doe, weet dat ik het niet meen

Antoon Derix is 75 jaar oud. Hij heeft acht jaar voor zijn dementerende vrouw gezorgd. Nu woont Gerda, 73 jaar, in De Tuinen. Antoon is er actief in de cliëntenraad en bezoekt nog altijd elke dag zijn vrouw. Hij vertelde ons zijn verhaal als mantelzorger.

Geïsoleerd geheugenprobleem

Ik weet nog dat Gerda in 2008 begon te huilen en zei: ik kan niets meer onthouden. We werden doorverwezen naar het ziekenhuis in Delft waar ze een dag bezig waren met onderzoek. De eerste keer werd Alzheimer niet direct vastgesteld, maar ze spraken wel van een geïsoleerd geheugenprobleem.

In 2011 hebben we het onderzoek herhaald om de resultaten te vergelijken. Eigenlijk wisten we het al, omdat Gerda haar moeder en oma ook Alzheimer hadden en we herkenden de symptomen. En ja, het was inderdaad Alzheimer. Gerda zei meteen: als ik net als mijn moeder heel naar doe, weet dan dat ik het niet meen. Daar heb ik zoveel hulp aan gehad.

Een totaal ander karakter

Ik heb haar acht jaar lang thuis zelf verzorgd. Ook toen ze steeds vaker boos, onaardig en tegendraads deed. Het gebeurt niet van de een op andere dag, je groeit erin. Mensen met Alzheimer krijgen een totaal ander karakter. Ik heb twee Gerda’s: de Gerda van wie ik altijd heb gehouden en de Gerda met Alzheimer die altijd nee zegt. Aan het einde had ze wel op vijf van de zeven dagen per week een nee-dag.

Als we naar de supermarkt gingen haalde ze alles wat ik op de lopende band legde er weer vanaf. En ze verstopte mooie, gouden sieraden die we een jaar later weer ergens in een zak terugvonden. Mensen met Alzheimer verstoppen alles. Of nou ja, ze weten simpelweg niet meer waar het thuishoort. Ze legde vorken in een keukenkastje in plaats van in de besteklade of stopte hem zelfs in haar zak. Ik was steeds alles kwijt. En haar vragen waar ze het had gelaten had geen zin, want ze wist het toch niet.

Toen wist ik dat ik haar niet meer zelf kon verzorgen

Op een bepaald moment wilde ze helemaal niets meer. Niet eten, niet aan- en uitkleden, niet naar het toilet en niet haar tanden poetsen. Ze verdroeg mij ook niet meer in bed. Ik kreeg steeds een elleboog. Ik zette er een apart bed bij omdat ik haar wel in de gaten wilde houden. Toen liep ze ook nog een paar keer weg. Dan heb je zoveel paniek. Ik sliep er niet meer van. Alles werd een gevecht en oplaadmomenten had ik niet. Toen wist ik dat ik haar niet meer zelf kon verzorgen.

Ik wilde haar al eigenlijk een jaar eerder op laten nemen. Er was een plek elders, maar ik wilde haar graag vlak bij me hebben. Ik schakelde eerst thuiszorg en dagbesteding in. Elke ochtend kwam thuiszorg om haar uit bed te halen, wassen en aan te kleden. Ik gaf haar vroeg in de ochtend ontbijt, want even later stond het busje al op de stoep voor de dagbesteding. Dan kon ik even mijn eigen dingen en de boodschappen doen. Rond vier uur kwam ze weer thuis. Ik gaf haar eten en om acht uur kwam de verzorging alweer. 

Als je van iemand houdt, dan hou je het heel lang vol

Kijk, als je van iemand houdt, dan hou je het heel lang vol. Je wilt voor iemand zorgen. Ik had haar al een jaar eerder voor dagbestedingen opgegeven, maar het ook weer afgezegd. Ik voelde me zo schuldig. Ik kon het niet verdragen dat iemand anders voor haar zou zorgen. Uit schuldgevoel heb ik er lang over gedaan om hulp in te schakelen van dagbesteding, thuiszorg en het verzorgingshuis. Achteraf ben ik ontzettend blij met alle hulp. Vooral nu ik bij De Tuinen zie hoe tevreden ze er is en hoe goed ze wordt verzorgd. Geweldig. Vanaf dag één wilde ze nooit naar huis. Er viel meteen een stuk rust over me heen.

Vooraf had ik elke maand een gesprek met de casemanager die aan huis kwam. Ik kon al mijn vragen bij haar kwijt en ze heeft het hele project naar De Tuinen toe begeleid. Ik werd ervoor gewaarschuwd dat ik na een half jaar in een zwart gat kon vallen. Omdat je je dan realiseert dat je alleen bent. Ik maakte vooraf dus een plan om mezelf elke dag een paar uur bezig te houden met opruimen en klussen in huis.

Natuurlijk huil je wel eens. Ik mis haar natuurlijk. Maar ik ga nu, na anderhalf jaar, voor het eerst alleen op vakantie naar Luxemburg. Gerda en ik reisden de hele wereld over en daarnaast gingen we elk jaar naar hetzelfde huisje in Luxemburg. Daar ga ik nu negen dagen naartoe. Bewust alleen, om te ervaren wat ik voel en of ik het vol hou.

Een volzin is voor mij een geluksmoment

Tot twee jaar geleden had ze nog wel eens heldere momenten. En als ze een keer een volzin zegt is dat voor mij zo’n geluksmoment. Een relatie hebben we niet meer. Ik heb geen vrouw meer, maar een ziek kind. En daar zorg je altijd voor. Ik houd van haar, maar op een andere manier. Nog steeds ga ik elke dag naar haar toe. Behalve als ik zelf in het ziekenhuis lig, zoals na mijn hartinfarct. Dat kwam van alle stress van de afgelopen jaren. En elke donderdagochtend organiseer ik een fruit- en muziekochtend. Lekker aardbeien met veel slagroom eten en ik speel dan op mijn mondharmonica. Gerda is daar altijd bij.

Bloemenactie

Deze mantelzorgers zijn opgegeven voor de Dag van de Mantelzorgers. Wij sturen ze een bloemetje omdat zij het verdienen in het zonnetje gezet te worden:

  1. Marian Stravers
  2. De heer Scheepers
  3. De heer Stadhouders
  4. Mevrouw Stadhouders

Uiteraard ontvangt Antoon ook een bloemetje voor zijn prachtige verhaal. 

Gerelateerde tags

Deel op social media

Gerelateerde verhalen

×

Zoeken